www.technologieenindustrie.com
23
'12
Written on Modified on
EATON
Hoe staat het met de FIT?
Richard Molloy, Sustainability Segment Manager bij de Electrical Sector van Eaton, is van mening dat de onzekerheden over het feed in tarief (FIT cq. terugleververgoeding) schadelijk zijn voor de duurzame energiesector en uiteindelijk voor het milieu. Hij legt hier uit waarom.
Toen de FIT-regeling werd gelanceerd op 1 april 2010, leek het een uitstekende manier om de interesse in duurzame energie te stimuleren en om naties op te stuwen naar de alarmerend ambitieuze doelstelling voor 2050 van een reductie van de uitstoot van broeikasgassen met ten minste 80%, vergeleken met het referentiejaar 1990. De FIT-regeling werd inderdaad met enthousiasme ontvangen, maar de gekozen datum voor de lancering bleek een ongelukkige voorbode van een onrustige toekomst.Het probleem vanuit de overheid gezien, was dat de FIT -regeling te royaal was en daardoor te populair. Hoewel het geld om de regeling te financieren niet uit de belastingen komt, maar uit een heffing op de energierekening, maakte men zich ernstige zorgen dat de regeling te veel zou gaan kosten, en dat hij door institutionele beleggers zou worden misbruikt als een zeer geriefelijke bron van inkomsten. Deze bezwaren hadden ongetwijfeld een grond van waarheid, maar wat er daarna gebeurde kan alleen maar worden omschreven als een enorm overdreven reactie. Als eerste werd met ingang van 1 augustus 2011 de FIT voor grote programma's drastisch teruggeschroefd van 30.7p per kWh naar 8.5p. Deze aanpassing werd vooraf aangekondigd en creëerde een enorme goudkoorts bij organisaties die probeerden om hun PV (fotovoltaïsche) plannen bijtijds uit te voeren om zo de deadline te halen.
Daarna werd een maas in de wet ontdekt. Regelingen van meer dan 100 kW konden worden verlengd na de datum van de eerste inbedrijfstelling, waarbij de extra geïnstalleerde capaciteit ook in aanmerking mocht komen voor het hogere initiële FIT tarief. Hierdoor werden veel van die kleinere systemen, die snel konden worden geïnstalleerd, gebouwd en vervolgens uitgebreid. Het benutten van deze maas in de wet, die werd gedicht op 16 oktober 2011, creëerde een tweede goudkoorts.
Terwijl de commerciële sector door dramatische FIT reducties werd geteisterd, richtte de aandacht zich op de huishoudelijke sector en begon de regering zich in oktober 2011 te bezinnen op welke acties moesten worden genomen. Er was in feite overeenstemming op alle fronten dat het FIT moest worden verlaagd – immers, de prijs van PV hardware is sinds 2010 sterk gedaald - en het algemene gevoel was dat een verlaging van ongeveer 30% redelijk zou zijn.
Zoals bekend, is dat niet gebeurd. Niet alleen bracht de regering de FIT voor huishoudelijke installaties terug van 43.3p per kWh naar 21p - een reductie van meer dan 50% - ook trachtte de regering de reductie met terugwerkende kracht vanaf 12 december door te voeren, hoewel het overleg daarover pas op 24 december werd beëindigd. Friends of the Earth en toonaangevende leveranciers van PV systemen, met inbegrip van Eaton’s partner in de sector, Solarcentury, daagden de regering voor de rechter en wonnen hun zaak. Ze wonnen opnieuw, toen de regering in beroep ging tegen de beslissing.
De huidige situatie is dat de overheid opnieuw in beroep is gegaan, dit keer bij de Hoge Raad, en het zal naar verwachting nog een jaar kunnen duren voordat de uitkomst van dit beroep bekend is. In de tussentijd weet niemand of de FIT voor nieuwe huishoudelijke PV systemen die werden geïnstalleerd tussen 12 december 2011 en 3 maart 2012, 43,3 p of 21 p zal zijn! Wat echter wel bekend is, is dat na 3 maart het lagere tarief zeker van toepassing zal zijn en dat de regering aanzienlijke verdere bezuinigingen in de FIT vanaf juli 2012 voorstelt, variërend van 21 tot 35% voor huishoudelijke systemen en tot 55% voor sommige grotere systemen, waarbij het bezuinigingspercentage afhankelijk is van de totale geïnstalleerde capaciteit in het Verenigd Koninkrijk in maart en april.
Duidelijk is dat de FIT-regeling in de afgelopen maanden op een ramp is uitgedraaid, maar wat zijn de implicaties van de machinaties van de regering voor de duurzame energie-industrie en voor het milieu? Sommigen beweren misschien dat de industrie heeft geprofiteerd van elke tariefverlaging, maar dat is ver bezijden de waarheid. Van herhaalde op- en neerwaartse cycli, vooral over relatief korte periodes, profiteert niemand. Klanten betalen uiteindelijk hogere prijzen om de deadlines te halen, terwijl leveranciers worstelen met de levering van materialen en arbeid, nodig om te voldoen aan een toename van de vraag, waarvan ze weten dat die niet blijvend is.
De situatie met betrekking tot huishoudelijke installaties is bijzonder interessant. Op het hoogtepunt toen klanten probeerden de decemberdeadline van de FIT te halen, werden meer dan 20.000 systemen per week geïnstalleerd, terwijl dit aantal slechts één week later daalde tot slechts 800. Zoals te verwachten, waren veel leveranciers van PV installaties verrast door zo’n enorme verandering, en zijn ze blijven zitten met te grote voorraden. Dit heeft geleid tot het ongelukkige effect van tijdelijke prijsverlagingen, die de regering extra munitie gaf om de volgende FIT-tariefverlaging goed te praten. De huidige lage prijzen zijn in feite een gevolg van overcapaciteit in de supply chain voor zonnepanelen en van de noodzaak voor handelaren om hun schappen leeg te maken, en zijn als zodanig onhoudbaar, dus wat is de werkelijke situatie met betrekking tot de prijsstelling?
Feit is dat de zonnepanelen zelf al sterk in prijs zijn gedaald, terwijl de vraag en productie-expertise zijn toegenomen, maar het gaat om relatief nieuwe technologie, en het is niet ondenkbaar dat er in de toekomst verdere prijsverlagingen zullen optreden, maar wel in een lager tempo. De zonnepanelen zijn echter slechts een deel van een zonne-energie-installatie. Andere belangrijke componenten, die samen een aanzienlijk deel van de totale kosten uitmaken, zijn onder andere omvormers, schakelaars, isolatoren en beveiligingen. Hierbij gaat het om veel meer volwassen technologieën en deze componenten waren, voor het grootste deel, al in massaproductie, lang voordat PV systemen populair werden. Ze bieden daarom veel minder ruimte voor toekomstige prijsverlagingen.
Hopelijk is de PV-industrie in staat inzichten zoals deze te delen met de regering op een zodanige wijze dat er voldoende rekening mee wordt gehouden bij de toekomstige FIT planning. Zo niet, dan zal de PV-industrie nog meer schade ondervinden dan alleen door de onzekerheid van het afgelopen jaar. Dat kan de overgang naar duurzame energie alleen maar belemmeren, terwijl de regering beweert dat het deze zo graag wil bevorderen. Het effect van onzekerheid rond de FIT reikt echter veel verder dan de PV-industrie. Leuk of niet, het geld om PV-installaties te financieren komt in eerste instantie van investeerders, of dat nu banken en wooncorporaties zijn die geld lenen aan particulieren om PV-systemen in hun huis te installeren, of institutionele beleggers die geld lenen aan overheidsinstellingen en commerciële organisaties voor grootschalige PV-installaties.
Echter, investeerders hebben, vooral in het huidige economische klimaat, een hekel aan onzekerheid. Het is dus voor hen weinig aantrekkelijk om fondsen te verstrekken voor duurzame energieregelingen, waarbij het potentiële rendement afhankelijk is van de grillen van de overheid, en zelfs met terugwerkende kracht kan worden verminderd. Als er echter geen investeringen los komen voor PV-systemen, worden deze gewoon niet gerealiseerd en zullen we nog verder achterop raken met onze ambities en doelstellingen voor het verminderen van CO2 uitstoot, met mogelijk rampzalige gevolgen voor het milieu.
Wat nodig is voor de industrie, de burger en de omgeving, is dat de regering een duidelijke en uitgebreide routekaart opstelt voor de toekomst van de FIT, waarin een koppeling wordt gemaakt tussen verdere tariefverlagingen en de reële kostenvermindering van het installeren van PV-systemen. Kortom, wat we nodig hebben is zekerheid, zodat we interesse, investeringen en momentum in duurzame energie kunnen handhaven.
Ja, de FIT regeling kost geld en zal altijd geld kosten, maar het vernietigen van de regeling met onbezonnen en ondoordachte beslissingen kan ons uiteindelijk de aarde kosten.