www.technologieenindustrie.com
04
'23
Written on Modified on
CASE Construction Equipment
CASE LANCEERT F-SERIES EVOLUTION COMPACTE WIELLADERS MET VERBETERDE BESTURING EN HOGERE SNELHEDEN
CASE Construction Equipment heeft zijn lijn compacte wielladers geüpdatet met vier Evolution-modellen uit de F-serie: de 21F, 121F, 221F en 321F.
De machines profiteren van hogere rijsnelheden en een verbeterde cabine. Dit omvat een vernieuwde monitor, verbeterde elektrohydraulische bedieningselementen met slimme functies, plus een reeks connectiviteitstoepassingen die voorheen alleen op grotere modellen te zien waren.
• Verhoogde rijsnelheden
• Verbeterd comfort voor de machinist
• Slimme bedieningsfuncties
• Verbeterde connectiviteit
Verbeterde prestatie
Om aan de groeiende vraag van klanten te voldoen, vooral uit de Scandinavische landen, zijn de twee grotere modellen verkrijgbaar met verschillende rijsnelheden, 20 km/u in standaarduitvoering en optioneel 40 km/u voor klanten die zich snel tussen locaties willen verplaatsen. De hogere rijsnelheid is ideaal voor loonwerkers die hoogwaardige uitrustingsstukken met constante snelheid gebruiken, zoals bij het sneeuwruimen.
In combinatie met de optionele Ride Control-armvering zorgen de hogere rijsnelheden ook voor een hogere productiviteit bij laad- en transportwerkzaamheden, waarbij machines snel materiaal naar een laad- of opslaggebied overbrengen.
De 21F wordt aangedreven door een Stage V FPT-dieselmotor en beschikt over een vermogen van 43 kW (58 pk) en een koppel van 245 Nm. Dit loopt op tot 48 kW (64 pk) en 261 Nm in de 121F, met een maximum van 55 kW (74 pk) en 316 Nm in de 221F en de 321F. De grotere modellen worden geleverd met nieuwe modulaire assen, verkrijgbaar met sperdifferentiëlen met beperkte slip of een sperdifferentieel met 100% lock voor maximale tractie op moeilijk terrein. Ze zijn voorzien van natte meerschijvenremmen met een hydraulisch geloste parkeerrem, wat zorgt voor meer veiligheid en minder inspanning voor de machinist.
Evolution-wielladers kennen een Eco-rijmodus, waarbij het motortoerental wordt beperkt tot 1700 tpm voor een lager brandstofverbruik en lagere uitlaatemissies. Hoewel machinisten in de Eco-modus wellicht een daling van de productiviteit verwachten, zorgen de regeling van het motortoerental en de variabele cilinderinhoud van de hydraulische pomp voor indrukwekkende prestaties. CASE raadt operators aan om de machines tijdens normaal dagelijks gebruik in Eco te laten draaien, om optimale productiviteit en efficiëntie te bereiken, tenzij maximaal vermogen vereist is voor aanbouwdelen of voor een grotere opbreekkracht.
Bediening door de machinist
Er worden twee cabine-interieurs aangeboden, beide standaard voorzien van ROPS- en FOPS-niveau bescherming. Het Deluxe-cabine-interieur omvat extra opbergruimte rond de stoel, met volledige hoogteverstelling voor het stuur en een verstelbare polssteun, zodat alle machinisten de meest comfortabele positie kunnen vinden om de hele dag te kunnen werken.
Een alles-in-één elektrohydraulische joystick regelt alle bak- en laderarmfuncties, terwijl de verbeterde personenauto-achtige monitor duidelijke toegang biedt tot alle belangrijke machinefuncties en systeembedieningen. Een membraantoetsenbord, vergelijkbaar met dat van grotere CASE-machines, brengt alle bedieningselementen binnen handbereik van de machinist, zonder dat hij de polssteun behoeft te verlaten.
Dankzij slimme functies kan de machinist de hydraulische respons vooraf instellen op basis van individuele taken, terwijl een bakschudmodus helpt bij het legen van kleverige materialen. Naast een terugkeer-naar-graaffunctie is er nu een terugkeer-naar-rij-instelling en kunnen de twee geautomatiseerde bewegingen worden gecombineerd voor eenvoudiger bediening bij het laden en kippen. Er wordt ook een terugkeer-naar-hoogte-functie aangeboden, waardoor de ondersteuniung van de machinist van de Evolution-machines nog verder wordt verbeterd. Cruisecontrol zorgt voor een constante rijsnelheid tijdens het reizen.
Dankzij het ruime interieur blijft de cabine uit de F-serie laag genoeg voor transport tussen werklocaties en biedt de machinist snelle en gemakkelijke toegang. De totale hoogte van de 21F en 121F bedraagt slechts 2,46 meter, terwijl de 221F 2,63 meter hoog is en de 321F in totaal 2,68 meter.
Verbeter de uptime en de gemoedsrust van de klant met CASE® Service Solutions
Om de productiviteit, winstgevendheid en inzetbaarheid van de nieuwe serie compacte wielladers uit de F-serie Evolution verder te vergroten, heeft CASE een reeks connected en niet-connected after-salesdiensten beschikbaar, CASE Service Solutions, die de ervaringen van klanten met CASE-machines ondersteunen.
De complete tool voor wagenparkbeheer CASE SiteWatchTM maakt geolocatie, vlootbeveiliging met behulp van geofences en waarschuwingen tegen ongeoorloofd gebruik en flexibele rapportage mogelijk. Dit omvat Key Performance Indicators (KPI's) zoals brandstofverbruik, bezettingsgraad, machine-uren en stilstandtijd, zodat de productiviteit en winstgevendheid kunnen worden bewaakt en geoptimaliseerd. Via een portal zijn de gegevens eenvoudig toegankelijk.
CASE SiteConnect verbetert de telemetriegegevens die worden gebruikt door het Uptime Center-team van CASE om dealers waarschuwingen te geven op basis van machineprestaties. Hierbij zijn snelle corrigerende maatregelen om stilstand tot een minimum te beperken mogelijk, omdat dealers op afstand toegang hebben tot machinegegevens en sneller corrigerende maatregelen kunnen nemen. Hierdoor kunnen dealers proactief zijn bij het beheren van de machines van klanten en het vergroten van de uptime. Zowel SiteWatch als SiteConnect zijn als optie verkrijgbaar bij de onlangs herziene modellen.
Volledig leveringsprogramma
De 21F weegt 4570 kg met een standaard bak en laderarmen met Z-stangen. Dit stijgt tot 5423 kg voor de 121F, vervolgens 5694 kg voor de 221F en komt uit op 6195 kg voor de 321F. De bakinhoud loopt van 0,7-1,0 m3 voor het kleinste model, oplopend tot 1,0-1,3 m3 voor de 321F.
Zowel de 21F als de 121F zijn voorzien van een nieuwe laderarm met Z-balk met monoliftcilinder, waardoor parallel heffen mogelijk is voor een betere handling van de palletvorken, zonder de conventionele opbreekkracht met de Z-balk in gevaar te brengen.
De 21F en 121F zijn standaard voorzien van hydrauliek die een opbrengst van 67 l/min produceert, terwijl de grotere 221F en 321F een optioneel pakket met hoge opbrengst hebben, inclusief kruipsnelheid, een stopcontact aan de voorkant en een drukloze retourafvoerfunctie, voor een volledige interface met hydraulische uitrustingsstukken.